meteen contact

Advocatenkantoor Gijsen

Opzegging arbeidsovereenkomst met instemming werknemer heeft geen toegevoegde waarde

Sinds de WWZ van kracht is, kan een arbeidsovereenkomst ook op een nieuwe manier worden opgezegd en wel: opzegging met instemming van de werknemer. Dit wijkt enigszins af van de reeds bestaande manier: de arbeidsovereenkomst beëindigen met wederzijds goedvinden door het sluiten van een beëindigings- of vaststellingsovereenkomst. Ook bij deze reeds bestaande mogelijkheid stemt de werknemer in met het einde van de arbeidsovereenkomst. Beide manieren van beëindigen lijken op elkaar. Wat is dan de toegevoegde waarde van de nieuwe manier van beëindigen?

Verschil tussen instemming of wederzijds goedvinden

De nieuwe manier van beëindiging van een arbeidsovereenkomst verschilt op een paar punten van de reeds bestaande manier (beëindiging middels beëindigings/vaststellingsovereenkomst). De punten die verschillen zijn: de manier van beëindiging, de mogelijkheid om te onderhandelen en het recht op een transitievergoeding.

Bij de “oude” route , die overigens nog steeds gewoon in zwang is, besloten partijen samen om een overeenkomst te beëindigen door middel van een beëindigingsovereenkomst, ook wel vaststellingsovereenkomst genaamd. Op grond van de nieuwe wetgeving is beëindiging van de arbeidsovereenkomst ook rechtsgeldig wanneer de werkgever de arbeidsovereenkomst opzegt en de werknemer hiermee instemt. Er wordt dan geen beëindigingsovereenkomst opgesteld.

De instemming van de werknemer moet blijken uit een schriftelijke verklaring van de individuele werknemer en moet duidelijk en ondubbelzinnig worden weergegeven. Een instemming op collectief niveau (ondernemingsraad, vakbond etc.) is niet voldoende.

14 dagen recht om te herroepen

In de wet is vastgelegd dat de werknemer op de eerdere instemming kan terugkomen. Dit ter bescherming van de werknemer. De werknemer heeft tot veertien dagen na instemming het recht om op de instemming terug te komen zonder opgaaf van redenen. Als de werkgever hem niet op dit recht wijst, bedraagt de termijn waarop de werknemer van het herroepingsrecht gebruik kan maken drie weken.

Door de schriftelijke instemming van de werknemer eindigt de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig. Toestemming van het UWV voor het opzeggen van de arbeidsovereenkomst of ontbinding door de kantonrechter is niet nodig.

Onderhandelen over beëindigingsovereenkomst

Als de arbeidsovereenkomst eindigt met wederzijds goedvinden door middel van een beëindigingsovereenkomst onderhandelen partijen zelf over de voorwaarden, waarop de arbeidsovereenkomst eindigt waarbij meestal inbegrepen de hoogte van een eventuele ontslagvergoeding.

Recht op een transistievergoeding

Het belangrijkste verschil tussen de twee ontslagmogelijkheden is wel dat bij instemming van de opzegging de werkgever de werknemer een transitievergoeding moet betalen. Een werknemer zal echter niet snel akkoord gaan met een beëindigingsovereenkomst als hij niet tenminste de transitievergoeding ontvangt.

Opzegging met instemming onbeminde ontslagroute

De praktijk heeft de eerste maanden na de inwerkingtreding al uitgewezen, dat niet veel gebruik wordt gemaakt van de nieuwe, onbekende en wellicht daarom ook onbeminde route. Dit ondanks dat deze weg eenvoudig lijkt, omdat de werkgever niet naar het UWV hoeft of naar de kantonrechter. Ook bij beëindiging met wederzijds goedvinden kan het UWV en de weg naar de kantonrechter worden overgeslagen, maar kunnen wel aanvullende afspraken worden gemaakt over alle aspecten van de beëindiging van het dienstverband, zoals bijvoorbeeld finale kwijting. Dat was en is nog steeds het grote voordeel.

Contact

Wilt u meer informatie over dit onderwerp? Neem dan contact op met Ruud Gijsen van advocatenkantoor Gijsen

Delen op